Vaartuigen voor de Bewakings- en Onderzoekingsdienst

B 1 t/m B 8
02-03-1942
in aanbouw

B 9 t/m B 12
02-03-1942
in aanbouw

B 13 t/m B 16 
02-03-1942
in aanbouw
te Soerabaja op het Marine Etablissement door marinepersoneel vermeld (F)


te Soerabaja bij de Droogdok Mij Soerabaja door marinepersoneel vernield. (F)


te Palembang bij de Ind. Mij  Palembang  door marinepersoneel vermeld.
(F) Met uitzondering van de „B l", die kort voor de capitulatie in maart 1942 te water is gelaten, stonden al deze scheepjes begin maart 1942 nog op stapel. Het is bekend, dat Japanners er zeven hebben afgebouwd, incl. de „B l", doch de nummers hiervan zijn niet bekend. Van deze is het volgende bekend: B l gelicht en hersteld en op 31.8.1942 in dienst gesteld als „Aux. submarinechaser 103 in sept. 1945 teruggevonden en op 22.9.1945 overgedragen aan de Australische marine te Ambon;

B..11.1.1943 tewater gelaten, 26,1.1944 in dienst gesteld als „Aux- submarinechaser 105"; 16.6.1945 tot zinken gebracht door Amerikaanse onderzeeboot bij Serawak op 06.52 N.B. en 111.44,5 O.L. (volgens een Amerikaanse opgave ten noorden van Soerabaja);

B..24.3.1943 tewater gelaten; 2.9.1944 in dienst gesteld als „Aux. submarinechaser 106"; eind 1945 teruggevonden te Batavia en teruggegeven aan de Koninklijke Marine; 

B..27.2.1943 tewater gelaten; 10.1.1945 in dienst gesteld als „Aux. submarinechaser 107"; eind 1945 teruggevonden te Soerabaja; tot april 1947 in gebruik bij de Dienst van Scheepvaart, daarna woonboot voor de bemanningen van landingsvaartuigen;

B..22.4.1943  tewater gelaten en voor de oplevering als „Aux. submarinechaser 108" op
17.5.1943  door geallieerde luchtaanval van Britse carrier-vliegtuigen te Soerabaja ver­meld;

B..30.11.1943 tewater gelaten, 23.6.1944 in dienst gesteld als „Aux. submarinechaser 114";
15.4.1945    getorpedeerd en ernstig beschadigd door Amerikaanse onderzeeboot „Hawk-
bill" in de Indische Oceaan ten zuiden van Straat Lombok op 09.55 Z.B. en 115.45 O.L.;

B...eind juni 1943 tewater gelaten en op 2.9.1944 in dienst gesteld als „Aux. submarine­
chaser 115", eind 1945 teruggevonden te Soerabaja en in gebruik genomen als veerboot
tussen Soerabaja en Madoera.
BATAK                         2. 3.1942
ex coaster KPM



BELANG        
1. 3.1942 of 2. 3.1942
ex coaster CKM) 



BIARO                       
2. 3.1942
ex coaster CKM


BOENAKAN               
1. 3.1942
ex coaster CKM


BV  4                          
14. 5.1940
ex sleepboot „Oceaan"

BV 19a                      
11. 5.1940
(ex Stoomloodsvaart. 19)

BV  31                         
17. 5.1940
(ex Stoomloodsvaart. 7) 

BV 34
14. 5.1940 /  17.00 uur
 (ex sleepboot „Noordzee")
                    
CHRISTIAAN CORNELIS
13. 5.1940
Ltz.SD3 H. Aschmoneit 

KASUARIS                2. 3.1942
(ex coaster NNGPM)

P 1 
2.1942
  
P 2
3.1942

P 3
3.1942

P 4
8. 3.1942


P 5
5. 3.1942

P 6                           3.1942

P 7
8. 3.1942


P 8
8. 3.1942


P 9

 
P 10
20. 2.1942
  

 P 11                           3.1942
te Soerabaja door marinepersoneel vernield, na­dat het schip op 1.3.1942 ten gevolge van een Japanse luchtaanval in het dok was gekapseisd. 7.2.1943 door de Japanners gelicht en hersteld en in gebruik genomen als „Batak Go" op 15. 9,1943; waarschijnlijk verloren gegaan.

door de bemanning te Soerabaja of Tegal tot zinken gebracht; 10.8.1942 door de Ja­panners geborgen en hersteld, herdoopt in ,,Yo-shina Maru"; eind 1945 teruggevonden en 2.4. 1946 overgedragen aan de K.P.M.; te Batavia in reparatie en 9.5.1946 weer in gebruik geno­men.


te Soerabaja door de bemanning tot zinken ge­bracht; door de Japanners gelicht en in gebruik genomen; eind 1945 te Singapore teruggevonden zonder hoofdmotor: 18.11.1945 overgedragen aan de K.P.M, als huik,

te Tandjong Priok door marinepersoneel tot zin­ken gebracht.



in het Boschgat tussen Terschelling en Ameland door de bemanning op het strand gezet en ver­loren gegaan.


in de Nieuwe Waterweg t.h.v. Maassluis op een magnetische mijn gelopen; wrak later bij gedeel­ten gelicht en gesloopt.



teruggevonden en bij de Kon. Marine terug als „RP 147".  in de Wielingen voor Cadzand op een mijn gelo­pen, op weg van Vlissingen naar Engeland.


in de Scheldemonding bij de scheidingston van Deurloo en Oostgat op een mijn gelopen (20 omgekomen sobats).





Op het Hollands Diep nabij Numansdorp door de bemanning tot zinken gebracht, nadat de boot door infanterievimr op het Hollands Diep was beschadigd.


te Soerabaja op het Marine Etablissement door de bemanning tot zinken gebracht.


in de omgeving van Samarinda in Japanse han­den gevallen; eind 1945 teruggevonden en weer bij de Kon, Marine in dienst gesteld als .,RP 132"

bevond zich vermoedelijk te Tandjong Priok en aldaar door de bemanning tot zinken gebracht.


als „P 2".


te Tjilatjap door de bemanning tot zinken ge­bracht; door de Japanners gelicht en in gebruik genomen; eind 1945 teruggevonden en bij de Kon.Marine in dienst gesteld als „RP 133".


te Pasaroean door de bemanning tot zinken ge­bracht.


als de „P 3".


te Soerabaja door de bemanning tot zinken ge­bracht.



te Soerabaja door de bemanning tot zinken ge­bracht.



geen gegevens bekend.


te Moeara Tebo vermoedelijk door personeel van het KNIL tot zinken gebracht.


in een Javahaven door de bemanning tot zin­ken gebracht; door de Japanners gelicht en in gebruik genomen; eind 1945
P 12   
20. 2.1942




P 13
3.1942


P 14
3.1942


P 15
3.1942


P  16
5. 3.1942


P 17 
3.1942

P 18 
3.1942

P 19 
8. 3.1942

P 20
3.1942

P 21 
3.1942

P 22
3,1942

P 37                             14/15. 2.1942
(geen geg.)

P 38
15. 2.1942
(geen geg.)

P 39 en P 40            
14/15. 2.1942
(geen geg.)

PEHE 
2. 3.1942
(ex coaster CKM)

SEMARANG               2. 3.1942
ex coaster KPM



SIMSON
2. 3.1942 
ex sleepb. 
Atjeh Tr. Mij

TAMAKO                    2. 3.1942
(ex coaster CKM)

TAROENA                  2. 3.1942
ex coaster CKM
Vermoedelijk te Moeara Tebo door personeel van het KNIL tot zinken gebracht; door de Japan­ners gelicht en in gebruik genomen. Eind 1945 teruggevonden en bij de Kon. Marine weer in dienst als „RP 148".


in een Javahaven door de bemanning tot zinken gebracht. (G).



 vermoedelijk te Tand jong Priok door de beman­ning tot zinken gebracht. (G).



in een Javahaven door de bemanning tot zinken gebracht; door de Japanners gelicht en in ge­bruik genomen; eind 1945 teruggevonden en bij de Kon. Marine als „RP 149".

te Tandjong Priok door de bemanning vernield; door de Japanners hersteld en in gebruik geno­men; eind 1945 teruggevonden en bij de Kon. Marine in dienst als „RP 131".


vermoedelijk te Soerabaja door de bemanning tot zinken gebracht.


als „P 17".


te Soerabaja door de bemanning tot zinken ge­bracht.



als „P 17".



als „P 17"; was misschien nog niet gereed.


als „P 21".


bij Palembang door de bemanning tot zinken ge­bracht.




op Ajir Lalang door de bemanning in brand ge­stoken.




als „P 37".




te Soerabaja op het Marine Etablissement door de bemanning tot zinken gebracht.


te Soerabaja op het Marine Etablissement door de bemanning tot zinken gebracht; 21.7.1943 door de Jap. gelicht, hersteld en als „Suma Maru" in gebruik; 26.10.1944 door geall. lucht­aanval bij Malili tot zinken gebracht; eind 1945 aldaar gevonden, onherstelbaar.


te Soerabaja op het Marine Etablissement door de bemanning tot zinken gebracht; later door de Japanners gelicht en hersteld. Eind 1945 terug­gevonden en overgenomen door de NISHM.


te Soerabaja op het Marine Etablissement door de bemanning tot zinken gebracht.


te Soerabaja op het Marine Etablissement door de bemanning tot zinken gebracht.
-•G) Een van de boten (P 13 of P 14) is door de Japanners gelicht en gereed gemaakt als "Auxsubmarinechaser 111"; voor de vastgestelde oplevering op 21-10-1943 door geallieerde luchtaanval te Soerabaja op 22.7.1943 tot zinken gebracht.