Hr.Ms. WOLF. ex-USS PCE 1607.
Bouwwerf : Avondale Marine Inc. Waus, te New Orleans
op stapel gezet : 15 november 1952 als PCE 1607
te water gelaten : 2 januari 1954
in dienst gesteld : 26 maart 1954 te New Orleans
naamsein : F 817
Na het gebruikelijke opwerken en invaren van schip en bemanning arriveerde het nieuwe fregat op 12 juli 1954 voor de eerste maal in Den Helder. Hierop werd het schip in gebruik genomen voor de visserij-inspectie op de Noordzee, van welke taak het op 10 december 1955 werd ontheven en na uitdienststelling bij de dienst conservatie werd opgenomen.
Op 28 januari 1963 werd het fregat weer in dienst gesteld en hernam haar vorige functie als visserijpolitiekruiser. Afgewisseld door en in samenwerking met andere schepen van de Roofdier-klasse werd deze taak tot 1 november 1974 vervuld, onderbroken door de gebruikelijke onderhoudsperioden en oefeningen.
Op donderdag 25 april 1974 kwam Hr.Ms. Wolf in het nieuws toen het schip op de Noordzee de achtervolging inzette op de met 8.300 kg. hasj geladen Helderse viskotter Lammie, ex-HD 160, dat zich aan aanhouding probeerde onttrekken. Na verschillende malen een schot voor de boeg te hebben gegeven stak de bemanning van de kotter de Lammie in brand en bracht het schip tot zinken.
Na ruim vijf jaar in conservatie te hebben gelegen werd Hr.Ms. Wolf op 29 februari 1980 weer in dienst gesteld en ingedeeld bij de groep categorie II schepen. Vele malen werd geoefend met talloze bezoeken aan buitenlandse havens.
Op 14 december 1984 werd Hr.Ms. Wolf voor de laatste maal uit dienst gesteld en op 1 januari 1985 uit de sterkte afgevoerd. Wel is het schip nog een aantal jaren gebruikt als doelschip bij schietoefeningen.
Op 19 november 1990 is het schip, tezamen met het patrouillevaartuig Hadda in één koop voor ƒ 10.000,- voor sloop verkocht aan de firma Westmetaal in Amsterdam.