Hr.Ms. Pro Patria.
In 1920 op het Marine-Etablissement te Soerabaja op stapel gezet en op 17 juli 1922 te water gelaten.
Afmetingen: 47,00 x 8,60 x 2,80 m.
Waterverplaatsing: 612 ton.
Machinevermogen: 650 IPK.
Snelheid: 10 mijl.
Bewapening: 1 kanon van 7,5 cm, 2 mitrailleurs van 12,7 mm en 80 mijnen.
Bemanning: 62.
Op 20 augustus 1923 in dienst gesteld.
Op 6 augustus 1925 gebruikt voor speciale diensten (luisterschool).
Op 20 april 1933 uit dienst gesteld. Het schip deed uitsluitend in Nederlands Oost-Indië dienst, laatstelijk als torpedowerkschip. Hr.Ms. Pro Patria legde tijdens de oorlog met Japan verscheidene mijnversperringen in de Indische wateren.
Op 15 februari 1942 werd het schip nabij Palembang op de Moesirivier door de eigen bemanning tot zinken gebracht.
In 1920 op het Marine-Etablissement te Soerabaja op stapel gezet en op 17 juli 1922 te water gelaten.
Afmetingen: 47,00 x 8,60 x 2,80 m.
Waterverplaatsing: 612 ton.
Machinevermogen: 650 IPK.
Snelheid: 10 mijl.
Bewapening: 1 kanon van 7,5 cm, 2 mitrailleurs van 12,7 mm en 80 mijnen.
Bemanning: 62.
Op 20 augustus 1923 in dienst gesteld.
Op 6 augustus 1925 gebruikt voor speciale diensten (luisterschool).
Op 20 april 1933 uit dienst gesteld. Het schip deed uitsluitend in Nederlands Oost-Indië dienst, laatstelijk als torpedowerkschip. Hr.Ms. Pro Patria legde tijdens de oorlog met Japan verscheidene mijnversperringen in de Indische wateren.
Op 15 februari 1942 werd het schip nabij Palembang op de Moesirivier door de eigen bemanning tot zinken gebracht.