O 9 en O 10
O 9
Op 23 september 1922 bij de Koninklijke Maatschappij “De Schelde” te Vlissingen op stapel gezet en op 7 april 1925 te water gelaten. Afmetingen: 54,70 x 5,70 x 3,50 m. Waterverplaatsing: 483/645 ton. Machinevermogen: 2x 450/610 APK. Snelheid: 12/8 mijl. Bewapening: 2 torpedolanceerbuizen van 53,3 cm, 3 torpedolanceerbuizen van 45 cm, 1 kanon van 8,8 cm en 1 mitrailleur van 12,7 mm. Bemanning: 29. In dienst gesteld op 18 januari 1926.
Op 10 maart 1926 maakte de Koninklijke Familie een vaartocht met Hr.Ms. O 9. 21 juni 1926 met Hr.Ms. Tromp, Jacob van Heemskerck, Z 7, Z 8 en O 11 van Nieuwediep naar de Oostzee, waarbij Kiel, Göteborg en Trondheim werden aangedaan. 30 juli daaraanvolgend te Nieuwediep terug. Van 8 juli tot 8 augustus 1929 met Hr.Ms. Jacob van Heemskerck, Z 5, Z 6 en O 10 voor oefeningen naar de Oostzee. 28 juni 1930 met Hr.Ms. Jacob van Heemskerck, Z 5, Z 7, O 8 en O 9 naar Edinburgh en 10 juli daaraanvolgend te Nieuwediep terug. Op 30 juli 1930 met Hr.Ms. Jacob van Heemskerck, Witte de With en O 10 “De Schelde” op tot het brengen van een bezoek aan Antwerpen.
1 juli 1931 met Hr.Ms. Jacob van Heemskerck, Z 7, Z 8 en O 8 van Nieuwediep vertrokken voor een oefenreis naar de Oostzee, van welke reis 7 augustus daaraanvolgend te Nieuwediep werd teruggekeerd. Van 4 mei tot 20 juni 1936 met Hr.Ms. Hertog Hendrik, Z 5, O 10 en O 11 naar de Oostzee. In de meidagen 1940 lag de boot te Den Helder en kon tijdig naar Engeland uitwijken (13 mei 1940). Hr.Ms. O 9 bleek ongeschikt te zijn voor oorlogspatrouilles, daar gedurende de korte zomernachten de batterij niet opgeladen kon worden.
De boot werd dan ook voor Asdic-oefeningen bestemd, terwijl slechts in uitzonderingsgevallen patrouillediensten werden verricht. In 1945 keerde Hr.Ms. O 9 naar Nederland terug. In september 1945 werd de boot uit de sterkte afgevoerd. In oktober 1946 werd de O 9 voor sloop verkocht naar Hendrik-Ido-Ambacht.
Op 23 september 1922 bij de Koninklijke Maatschappij “De Schelde” te Vlissingen op stapel gezet en op 7 april 1925 te water gelaten. Afmetingen: 54,70 x 5,70 x 3,50 m. Waterverplaatsing: 483/645 ton. Machinevermogen: 2x 450/610 APK. Snelheid: 12/8 mijl. Bewapening: 2 torpedolanceerbuizen van 53,3 cm, 3 torpedolanceerbuizen van 45 cm, 1 kanon van 8,8 cm en 1 mitrailleur van 12,7 mm. Bemanning: 29. In dienst gesteld op 18 januari 1926.
Op 10 maart 1926 maakte de Koninklijke Familie een vaartocht met Hr.Ms. O 9. 21 juni 1926 met Hr.Ms. Tromp, Jacob van Heemskerck, Z 7, Z 8 en O 11 van Nieuwediep naar de Oostzee, waarbij Kiel, Göteborg en Trondheim werden aangedaan. 30 juli daaraanvolgend te Nieuwediep terug. Van 8 juli tot 8 augustus 1929 met Hr.Ms. Jacob van Heemskerck, Z 5, Z 6 en O 10 voor oefeningen naar de Oostzee. 28 juni 1930 met Hr.Ms. Jacob van Heemskerck, Z 5, Z 7, O 8 en O 9 naar Edinburgh en 10 juli daaraanvolgend te Nieuwediep terug. Op 30 juli 1930 met Hr.Ms. Jacob van Heemskerck, Witte de With en O 10 “De Schelde” op tot het brengen van een bezoek aan Antwerpen.
1 juli 1931 met Hr.Ms. Jacob van Heemskerck, Z 7, Z 8 en O 8 van Nieuwediep vertrokken voor een oefenreis naar de Oostzee, van welke reis 7 augustus daaraanvolgend te Nieuwediep werd teruggekeerd. Van 4 mei tot 20 juni 1936 met Hr.Ms. Hertog Hendrik, Z 5, O 10 en O 11 naar de Oostzee. In de meidagen 1940 lag de boot te Den Helder en kon tijdig naar Engeland uitwijken (13 mei 1940). Hr.Ms. O 9 bleek ongeschikt te zijn voor oorlogspatrouilles, daar gedurende de korte zomernachten de batterij niet opgeladen kon worden.
De boot werd dan ook voor Asdic-oefeningen bestemd, terwijl slechts in uitzonderingsgevallen patrouillediensten werden verricht. In 1945 keerde Hr.Ms. O 9 naar Nederland terug. In september 1945 werd de boot uit de sterkte afgevoerd. In oktober 1946 werd de O 9 voor sloop verkocht naar Hendrik-Ido-Ambacht.
O 10
Op 24 december 1933 bij de Nederlandsche Scheepsbouw Maatschappij te Amsterdam op stapel gezet en op 30 juli 1925 te water gelaten. Afmetingen: 54,70 x 5,70 x 3,50 m. Waterverplaatsing: 483/645 ton. Machinevermogen: 2x 450/610 APK. Snelheid: 12/8 mijl. Bewapening: 2 torpedolanceerbuizen van 53,3 cm. 3 torpedolanceerbuizen van 45 cm, 1 kanon van 8,8 cm en 1 mitrailleur van 12,7 mm. Bemanning: 29. In dienst gesteld op 1 september 1926.
Op 9 mei 1927 van Nieuwediep naar Noorwegen met Hr.Ms. Hertog Hendrik, O 11, Z 5, Z 6, Z 7 en Z 8. 1 juni daaraanvolgend te Nieuwediep terug. 12 juli 1927 van Nieuwediep met Hr.Ms. Hertog Hendrik, O 11, Z 5, Z 6, Z 7 en Z 8 naar de Oostzee, van welke reis 8 augustus daaraanvolgend via het Kattegat naar Nieuwediep werd teruggekeerd. Op 16 juli 1928 met Hr.Ms. Hertog Hendrik, Z 5, Z 6 en Z 7 van Nieuwediep naar de Noordzee, waarbij Edinburgh werd aangedaan. 28 juli daaraanvolgend te Nieuwediep terug. Van 8 juli tot 8 augustus 1929 met Hr.Ms. Jacob van Heemskerck, Z 5, Z 6 en O 9 voor oefening naar de Oostzee. Op 30 juli 1930 met Hr.Ms. Jacob Van Heemskerck, Witte de With en O 9 “De Schelde” opgevaren tot het brengen van een bezoek aan Antwerpen. 1 juli 1931 met Hr.Ms. Jacob van Heemskerck, Z 7, Z 8 en O 9 van Nieuwediep voor oefenreis naar de Oostzee, van welke reis 7 augustus daaraanvolgend te Nieuwediep werd teruggekeerd.
Van 4 mei tot 20 juni 1936 met Hr.Ms. Hertog Hendrik, Z 5, O 9 en O 11 naar de Oostzee. In de Meidagen 1940 lag de boot te Den Helder en kon tijdig naar Engeland uitwijken (13 mei 1940). Hr.Ms. O 10 bleek ongeschikt te zijn voor oorlogspatrouilles, daar gedurende de korte zomernachten de batterij niet opgeladen kon worden. De boot werd dan ook voor Asdic-oefeningen bestemd, terwijl slechts in uitzonderingsgevallen patrouillediensten werden verricht. In 1945 keerde Hr.Ms. O 10 naar Nederland terug. In september 1946 werd de boot uit de sterkte afgevoerd. In oktober 1946 werd de O 10 voor sloop naar Amsterdam verkocht. Opbrengst ƒ61.666,-.
Op 24 december 1933 bij de Nederlandsche Scheepsbouw Maatschappij te Amsterdam op stapel gezet en op 30 juli 1925 te water gelaten. Afmetingen: 54,70 x 5,70 x 3,50 m. Waterverplaatsing: 483/645 ton. Machinevermogen: 2x 450/610 APK. Snelheid: 12/8 mijl. Bewapening: 2 torpedolanceerbuizen van 53,3 cm. 3 torpedolanceerbuizen van 45 cm, 1 kanon van 8,8 cm en 1 mitrailleur van 12,7 mm. Bemanning: 29. In dienst gesteld op 1 september 1926.
Op 9 mei 1927 van Nieuwediep naar Noorwegen met Hr.Ms. Hertog Hendrik, O 11, Z 5, Z 6, Z 7 en Z 8. 1 juni daaraanvolgend te Nieuwediep terug. 12 juli 1927 van Nieuwediep met Hr.Ms. Hertog Hendrik, O 11, Z 5, Z 6, Z 7 en Z 8 naar de Oostzee, van welke reis 8 augustus daaraanvolgend via het Kattegat naar Nieuwediep werd teruggekeerd. Op 16 juli 1928 met Hr.Ms. Hertog Hendrik, Z 5, Z 6 en Z 7 van Nieuwediep naar de Noordzee, waarbij Edinburgh werd aangedaan. 28 juli daaraanvolgend te Nieuwediep terug. Van 8 juli tot 8 augustus 1929 met Hr.Ms. Jacob van Heemskerck, Z 5, Z 6 en O 9 voor oefening naar de Oostzee. Op 30 juli 1930 met Hr.Ms. Jacob Van Heemskerck, Witte de With en O 9 “De Schelde” opgevaren tot het brengen van een bezoek aan Antwerpen. 1 juli 1931 met Hr.Ms. Jacob van Heemskerck, Z 7, Z 8 en O 9 van Nieuwediep voor oefenreis naar de Oostzee, van welke reis 7 augustus daaraanvolgend te Nieuwediep werd teruggekeerd.
Van 4 mei tot 20 juni 1936 met Hr.Ms. Hertog Hendrik, Z 5, O 9 en O 11 naar de Oostzee. In de Meidagen 1940 lag de boot te Den Helder en kon tijdig naar Engeland uitwijken (13 mei 1940). Hr.Ms. O 10 bleek ongeschikt te zijn voor oorlogspatrouilles, daar gedurende de korte zomernachten de batterij niet opgeladen kon worden. De boot werd dan ook voor Asdic-oefeningen bestemd, terwijl slechts in uitzonderingsgevallen patrouillediensten werden verricht. In 1945 keerde Hr.Ms. O 10 naar Nederland terug. In september 1946 werd de boot uit de sterkte afgevoerd. In oktober 1946 werd de O 10 voor sloop naar Amsterdam verkocht. Opbrengst ƒ61.666,-.
O11
In 1922 bij de Maatschappij “Fijenoord” te Rotterdam op stapel gezet en op 19 maart 1925 te water gelaten. Afmetingen: 54,70 x 5,70 x 3,50 m. Waterverplaatsing: 483/645ton. Machinevermogen: 2x 450/610 APK. Snelheid: 12/8 mijl. Bewapening: 2 torpedolanceerbuizen van 53,3 cm, 3 torpedolanceerbuizen van 45 cm, 1 kanon van 8,8 cm en 1 mitrailleur van 12,7 mm. Bemanning: 29. In dienst gesteld op 18 januari 1926. Op 21 juni 1926 met Hr.Ms. Maarten Harpertszoon Tromp, Jacob van Heemskerck, Z 7, Z 8 en O 9 van Nieuwediep naar de Oostzee, waarbij Kiel, Göteborg en Trondheim werden aangedaan en 30 juli 1926 te Nieuwediep terug. 9 mei 1927 van Nieuwediep naar Noorwegen met Hr.Ms. Hertog Hendrik, O 10, Z 5, Z 6, Z 7 en Z 8 van welke reis 1 juni daaraanvolgend te Nieuwediep werd teruggekeerd. Op 12 juli 1927 met Hr.Ms. Hertog Hendrik, O 10, Z 5, Z 6, Z 7 en Z 8 naar de Oostzee, van welke reis 8 augustus daaraanvolgend via het Kattegat werd teruggekeerd. Van 4 mei tot 20 juni 1936 met Hr.Ms. Hertog Hendrik, Z 5, O 9 en O 10 naar de Oostzee. Op 6 maart 1940 bij het uitvaren van de haven van Den Helder door de sleepboot AMSTERDAM (Hr.Ms. BV 3) geramd en gezonken. 3 man verloren hierbij het leven. De boot werd gelicht en lag op 10 mei 1940-te Den Helder in reparatie, nadat ze eerst was ontwapend. Op last van de bezetter gedeeltelijk hersteld, doch in september 1944 in de Buitenhaven van Den Helder als blokschip tot zinken gebracht. 10 december 1947 gelicht en het wrak later voor sloop verkocht.
In 1922 bij de Maatschappij “Fijenoord” te Rotterdam op stapel gezet en op 19 maart 1925 te water gelaten. Afmetingen: 54,70 x 5,70 x 3,50 m. Waterverplaatsing: 483/645ton. Machinevermogen: 2x 450/610 APK. Snelheid: 12/8 mijl. Bewapening: 2 torpedolanceerbuizen van 53,3 cm, 3 torpedolanceerbuizen van 45 cm, 1 kanon van 8,8 cm en 1 mitrailleur van 12,7 mm. Bemanning: 29. In dienst gesteld op 18 januari 1926. Op 21 juni 1926 met Hr.Ms. Maarten Harpertszoon Tromp, Jacob van Heemskerck, Z 7, Z 8 en O 9 van Nieuwediep naar de Oostzee, waarbij Kiel, Göteborg en Trondheim werden aangedaan en 30 juli 1926 te Nieuwediep terug. 9 mei 1927 van Nieuwediep naar Noorwegen met Hr.Ms. Hertog Hendrik, O 10, Z 5, Z 6, Z 7 en Z 8 van welke reis 1 juni daaraanvolgend te Nieuwediep werd teruggekeerd. Op 12 juli 1927 met Hr.Ms. Hertog Hendrik, O 10, Z 5, Z 6, Z 7 en Z 8 naar de Oostzee, van welke reis 8 augustus daaraanvolgend via het Kattegat werd teruggekeerd. Van 4 mei tot 20 juni 1936 met Hr.Ms. Hertog Hendrik, Z 5, O 9 en O 10 naar de Oostzee. Op 6 maart 1940 bij het uitvaren van de haven van Den Helder door de sleepboot AMSTERDAM (Hr.Ms. BV 3) geramd en gezonken. 3 man verloren hierbij het leven. De boot werd gelicht en lag op 10 mei 1940-te Den Helder in reparatie, nadat ze eerst was ontwapend. Op last van de bezetter gedeeltelijk hersteld, doch in september 1944 in de Buitenhaven van Den Helder als blokschip tot zinken gebracht. 10 december 1947 gelicht en het wrak later voor sloop verkocht.
O 12
O 12
Op 20 oktober 1928 bij de Koninklijke Maatschappij “De Schelde” te Vlissingen op stapel gezet en op 8 november 1930 te water gelaten. Afmetingen: 60,60 x 5,70 x 3,60 m. Waterverplaatsing: 548/715 ton. Machinevermogen: 2x 900/2x 300 APK. Snelheid: 15/8 mijl. Bewapening: 5 torpedolanceerbuizen van 53,3 cm, 2 mitrailleurs van 40 mm en 1 mitrailleur van 12,7 mm. Bemanning: 31. In dienst gesteld op 20 juli 1931.
Van 10 tot 22 september 1935 met Hr.Ms. Hertog Hendrik, Kortenaer. Van Ghent, Z 5, O 13 en O 15 naar Göteborg en Oslo. Van 16 april tot 6 mei 1937 met Hr.Ms. O 14 van Nieuwediep naar Curaçao via Ponta Delgada en San Juan. Van 19 juli .tot 8 augustus 1937 van Curaçao naar Port of Spain en Suriname. Op 26 november 1937 met Hr.Ms. O 14 van Curaçao naar Den Helder. Aankomst aldaar 24 december daaraanvolgend. Van 20 september tot 13 december 1938 met Hr.Ms. O 15 naar Curaçao en terug. Hr.Ms. O 12 lag in de meidagen 1940 op Rijkswerf te Willemsoord in vierjaarlijks onderhoud. Op 14 mei 1940 door eigen bemanning tot zinken gebracht. In mei/juni 1940 op last van de bezetter gelicht, bij Wilton-Fijenoord te Schiedam verbouwd en op 30 januari 1943 bij de Duitse Marine in dienst gesteld als UD 2:’ bij de Uboot-Abwehrstelle te Bergen (Noorwegen). Op 6 juli 1944 werd de boot uit dienst gesteld en in mei 1945 bij de capitulatie van Duitsland te Kiel door Duits marinepersoneel vernield.
Op 20 oktober 1928 bij de Koninklijke Maatschappij “De Schelde” te Vlissingen op stapel gezet en op 8 november 1930 te water gelaten. Afmetingen: 60,60 x 5,70 x 3,60 m. Waterverplaatsing: 548/715 ton. Machinevermogen: 2x 900/2x 300 APK. Snelheid: 15/8 mijl. Bewapening: 5 torpedolanceerbuizen van 53,3 cm, 2 mitrailleurs van 40 mm en 1 mitrailleur van 12,7 mm. Bemanning: 31. In dienst gesteld op 20 juli 1931.
Van 10 tot 22 september 1935 met Hr.Ms. Hertog Hendrik, Kortenaer. Van Ghent, Z 5, O 13 en O 15 naar Göteborg en Oslo. Van 16 april tot 6 mei 1937 met Hr.Ms. O 14 van Nieuwediep naar Curaçao via Ponta Delgada en San Juan. Van 19 juli .tot 8 augustus 1937 van Curaçao naar Port of Spain en Suriname. Op 26 november 1937 met Hr.Ms. O 14 van Curaçao naar Den Helder. Aankomst aldaar 24 december daaraanvolgend. Van 20 september tot 13 december 1938 met Hr.Ms. O 15 naar Curaçao en terug. Hr.Ms. O 12 lag in de meidagen 1940 op Rijkswerf te Willemsoord in vierjaarlijks onderhoud. Op 14 mei 1940 door eigen bemanning tot zinken gebracht. In mei/juni 1940 op last van de bezetter gelicht, bij Wilton-Fijenoord te Schiedam verbouwd en op 30 januari 1943 bij de Duitse Marine in dienst gesteld als UD 2:’ bij de Uboot-Abwehrstelle te Bergen (Noorwegen). Op 6 juli 1944 werd de boot uit dienst gesteld en in mei 1945 bij de capitulatie van Duitsland te Kiel door Duits marinepersoneel vernield.
O 13
O 13
Op 22 november 1928 bij de Koninklijke Maatschappij “De Schelde” te Vlissingen op stapel gezet en op 8 november 1930 te water gelaten. Afmetingen: 60,60 x 5,70 x 3,60 m. Waterverplaatsing: 548/715ton. Machinevermogen: 2x 900/2x 300 APK. Snelheid: 15/8 mijl. Bewapening: 5 torpedolanceerbuizen van 53,3 cm, 2 mitrailleurs van 40 mm en 1 mitrailleur van 12,7 mm. Bemanning: 31. In dienst gesteld op 1 oktober 1931. Van 5 juli tot 14 augustus 1932 naar Madeira en de Azoren met Prof. Vening Meinesz aan boord voor het onderzoeken van zwaartekracht en bodemtopografie. Van 3 tot 14 juli 1933 met Hr.Ms. O 14, O 15 en Z 5 naar Esbjerg.
Op 26 september 1933 in het Schulpengat in aanvaring gekomen met het vissersvaartuig HD 7, waarbij de HD 7 is gezonken. Op 27 januari 1934 in het Noord-Hollands kanaal in aanvaring gekomen met het motorschip Nieuwe Zorg, waarbij Hr.Ms. O 13 schade opliep. Van 14 tot 25 mei 1935 met Hr.Ms. O 15 te Brussel ter gelegenheid van de wereldtentoonstelling. Van 10 tot 22 september 1935 met Hr.Ms. Hertog Hendrik, Kortenaer. Van Ghent, Z 5, O 12 en O 15 naar Göteborg en Oslo. Van 23 maart tot 8 juni 1937 naar de Spaanse wateren ter verrichting van konvooidiensten in verband met de Spaanse burgeroorlog. Op 12 april 1939 met Hr.Ms. O 14 van Nieuwediep naar Curaçao. Aankomst aldaar 11 mei daaraanvolgend.
Op 31 juli 1939 van Curaçao naar Nieuwediep. Aankomst aldaar op 29 augustus daaraanvolgend. In de meidagen 1940 lag Hr.Ms. O 13 te Den Helder, doch kon op 13 mei 1940 naar Engeland uitwijken. De boot keerde op 7 juli 1940 van een patrouilletocht op de Noordzee niet terug. Waarschijnlijk is het schip op of omstreeks 13 juni 1940 op ongeveer 57°00’ N en 003°00’ O (Great Fisher Bank) op een mijn gelopen. De gehele bemanning, w.o. de commandant LTZ 1 E.H. Vorster, kwam hierbij om het leven.
Op 22 november 1928 bij de Koninklijke Maatschappij “De Schelde” te Vlissingen op stapel gezet en op 8 november 1930 te water gelaten. Afmetingen: 60,60 x 5,70 x 3,60 m. Waterverplaatsing: 548/715ton. Machinevermogen: 2x 900/2x 300 APK. Snelheid: 15/8 mijl. Bewapening: 5 torpedolanceerbuizen van 53,3 cm, 2 mitrailleurs van 40 mm en 1 mitrailleur van 12,7 mm. Bemanning: 31. In dienst gesteld op 1 oktober 1931. Van 5 juli tot 14 augustus 1932 naar Madeira en de Azoren met Prof. Vening Meinesz aan boord voor het onderzoeken van zwaartekracht en bodemtopografie. Van 3 tot 14 juli 1933 met Hr.Ms. O 14, O 15 en Z 5 naar Esbjerg.
Op 26 september 1933 in het Schulpengat in aanvaring gekomen met het vissersvaartuig HD 7, waarbij de HD 7 is gezonken. Op 27 januari 1934 in het Noord-Hollands kanaal in aanvaring gekomen met het motorschip Nieuwe Zorg, waarbij Hr.Ms. O 13 schade opliep. Van 14 tot 25 mei 1935 met Hr.Ms. O 15 te Brussel ter gelegenheid van de wereldtentoonstelling. Van 10 tot 22 september 1935 met Hr.Ms. Hertog Hendrik, Kortenaer. Van Ghent, Z 5, O 12 en O 15 naar Göteborg en Oslo. Van 23 maart tot 8 juni 1937 naar de Spaanse wateren ter verrichting van konvooidiensten in verband met de Spaanse burgeroorlog. Op 12 april 1939 met Hr.Ms. O 14 van Nieuwediep naar Curaçao. Aankomst aldaar 11 mei daaraanvolgend.
Op 31 juli 1939 van Curaçao naar Nieuwediep. Aankomst aldaar op 29 augustus daaraanvolgend. In de meidagen 1940 lag Hr.Ms. O 13 te Den Helder, doch kon op 13 mei 1940 naar Engeland uitwijken. De boot keerde op 7 juli 1940 van een patrouilletocht op de Noordzee niet terug. Waarschijnlijk is het schip op of omstreeks 13 juni 1940 op ongeveer 57°00’ N en 003°00’ O (Great Fisher Bank) op een mijn gelopen. De gehele bemanning, w.o. de commandant LTZ 1 E.H. Vorster, kwam hierbij om het leven.
O 14
O 14
Op 29 december 1928 bij de Koninklijke Maatschappij “De Schelde” te Vlissingen op stapel gezet en op 3 oktober 1931 te water gelaten. Afmetingen: 60,60 x 5,70 x 3,60 m. Waterverplaatsing: 548/715ton. Machinevermogen: 2x 900/2x 300 APK. Snelheid: 15/8 mijl. Bewapening: 5 torpedolanceerbuizen van 53,3 cm, 2 mitrailleurs van 40 mm en 1 mitrailleur van 12,7 mm. Bemanning: 31. In dienst gesteld op 4 maart 1932. Op 3 juli 1933 met Hr.Ms. O 13, O 15 en Z 5 naar Esbjerg en 14 juli daaraanvolgend te Nieuwediep terug. Op 14 april 1937 met Hr.Ms. O 12 van Nieuwediep naar Curaçao via Ponta Delgada en San Juan de Puerto Rico. Aankomst Curaçao 6 mei 1937. Op 26 november 1937 met Hr.Ms. O 12 van Curaçao naar Nederland via San Juan de Puerto Rico en Ponta Delgada. Aankomst Nieuwediep 24 december daaraanvolgend. Op 12 april 1939 met Hr.Ms. O 13 van Nieuwediep naar Curaçao. Aankomst aldaar 11 mei daaraanvolgend. Bij het uitbreken van de oorlog op 10 mei 1940 bevond Hr.Ms. O 14 zich in West-Indië en vertrok eind 1940 naar Engeland. Het schip deed nog een enkele patrouille, doch was voornamelijk in gebruik als Asdic-oefenboot. Hr.Ms. O 14 werd in mei 1943 in Engeland uit dienst gesteld en in september 1943 uit de sterkte afgevoerd.
Op 29 december 1928 bij de Koninklijke Maatschappij “De Schelde” te Vlissingen op stapel gezet en op 3 oktober 1931 te water gelaten. Afmetingen: 60,60 x 5,70 x 3,60 m. Waterverplaatsing: 548/715ton. Machinevermogen: 2x 900/2x 300 APK. Snelheid: 15/8 mijl. Bewapening: 5 torpedolanceerbuizen van 53,3 cm, 2 mitrailleurs van 40 mm en 1 mitrailleur van 12,7 mm. Bemanning: 31. In dienst gesteld op 4 maart 1932. Op 3 juli 1933 met Hr.Ms. O 13, O 15 en Z 5 naar Esbjerg en 14 juli daaraanvolgend te Nieuwediep terug. Op 14 april 1937 met Hr.Ms. O 12 van Nieuwediep naar Curaçao via Ponta Delgada en San Juan de Puerto Rico. Aankomst Curaçao 6 mei 1937. Op 26 november 1937 met Hr.Ms. O 12 van Curaçao naar Nederland via San Juan de Puerto Rico en Ponta Delgada. Aankomst Nieuwediep 24 december daaraanvolgend. Op 12 april 1939 met Hr.Ms. O 13 van Nieuwediep naar Curaçao. Aankomst aldaar 11 mei daaraanvolgend. Bij het uitbreken van de oorlog op 10 mei 1940 bevond Hr.Ms. O 14 zich in West-Indië en vertrok eind 1940 naar Engeland. Het schip deed nog een enkele patrouille, doch was voornamelijk in gebruik als Asdic-oefenboot. Hr.Ms. O 14 werd in mei 1943 in Engeland uit dienst gesteld en in september 1943 uit de sterkte afgevoerd.