Hr.Ms. Ewald. ex-IJm 48, ex-Lord Palmerston, ex-Tenby.
Bouwwerf : Smith's Dock Co. te Middlesborough, 1913
afmetingen : 35,76 x 6,71 meter
waterverplaatsing : 209 ton
machinevermogen : 420 IPK
maximum snelheid : 11 knopen
bemanning : 15 koppen
bewapening : 2 mitrailleurs van 12,7 mm
2 mitrailleurs van 7,7 mm
naamsein : FY 1733
Deze trawler werd op 4 september 1939 gevorderd en verbouwd tot Boeienschip 2 doch bleek hiervoor minder geschikt te zijn, zodat de Limburgia hiervoor in de plaats kwam. Vervolgens werd het vaartuig ingericht tot hulpmijnenveger en nam deel aan veegoperaties in de Britse wateren. Het schip werd op 21 april 1943 uit dienst gesteld en aan de Britse marine overgedragen.
Hr.
Ms. Ewald 6D, FY 1733
ex IJM 48, Lord Palmerston, Tenby
Bouwwerf:Smith`s Dock Co. Ltd. te Middlesborough, Groot-Brittannië, 1913
Grootste lengte:35,76 meter
Grootste breedte:6,71 meter
Waterverplaatsing:209 ton
Machinevermogen:420 pk
Maximale snelheid:11 knopen
Bemanning:15 koppen
Bewapening:2 x 12,7mm, 2 x 7,7mm mitrailleurs
De Ewald werd op 4 september 1939 gevorderd, verbouwd en in dienst gesteld als Boeienschip 2. Het schip kon in mei 1940 ontkomen naar Engeland en werd te Falmouth ingericht als hulpmijnenveger. Op 15 oktober 1940 werd het schip door commandant LTZ 3 A. Bruining in dienst gesteld. De aangepaste trawler deed dienst in Britse wateren tot het op 21 april 1943 uit dienst gesteld en overgedragen werd aan de Britse marine. In 1945 is het schip teruggegaan naar de oorspronkelijke eigenaar.
ex IJM 48, Lord Palmerston, Tenby
Bouwwerf:Smith`s Dock Co. Ltd. te Middlesborough, Groot-Brittannië, 1913
Grootste lengte:35,76 meter
Grootste breedte:6,71 meter
Waterverplaatsing:209 ton
Machinevermogen:420 pk
Maximale snelheid:11 knopen
Bemanning:15 koppen
Bewapening:2 x 12,7mm, 2 x 7,7mm mitrailleurs
De Ewald werd op 4 september 1939 gevorderd, verbouwd en in dienst gesteld als Boeienschip 2. Het schip kon in mei 1940 ontkomen naar Engeland en werd te Falmouth ingericht als hulpmijnenveger. Op 15 oktober 1940 werd het schip door commandant LTZ 3 A. Bruining in dienst gesteld. De aangepaste trawler deed dienst in Britse wateren tot het op 21 april 1943 uit dienst gesteld en overgedragen werd aan de Britse marine. In 1945 is het schip teruggegaan naar de oorspronkelijke eigenaar.