O 1 / K 1
ex Onderzeeboot I
ex LUCTOR ET EMERGO
Op 1 juni 1904 op stapel gezet voor eigen rekening bij de Koninklijke Maatschappij “De Schelde” te Vlissingen volgens plannen van de Holland Torpedobaat Company en op 8 juli 1905 te water gelaten. Afmetingen: 20,42 x 4,88 x 2,80 m. Waterverplaatsing: 105/124 ton. Machinevermogen: 160/80 APK. Snelheid: 9/7 mijl. Bewapening: 1 torpedolanceerbuis van 25 cm. Bemanning: 10. Op 10 juli 1906 vertrok de boot van Vlissingen buitenom naar Den Helder. Op 20 december 1906 werd de boot voor ƒ430.000,- door de Koninklijke Marine van de Koninklijke Maatschappij “De Schelde” overgenomen en te Willemsoord in dienst gesteld, waarna werd begonnen met oefening der aangewezen bemanning door personeel van de werf. Eerste commandant was LTZ 1 P. Koster. Op 1 maart 1907 werd LTZ II Jhr. G.L. Schor er commandant. Hr.Ms. O 1 hield op 19 september 1907 buiten IJmuiden in de nabijheid van pantserschip Hr.Ms. Piet Hein duikmanoeuvres voor H.m. de Koningin, die aan boord van de PIET HEIN vertoefde. Op 27 maart 1908 bracht Z.K.H. Prins Hendrik te Nieuwediep een bezoek aan boord. In 1914 is de Gasoline-motor vervangen door een m.A.N. ruwe oliemotor van 200 PK. In 1920 werd Hr.Ms. O 1 uit de sterkte afgevoerd.
Alleen het bovengedeelte van de toren is als aandenken bewaard bij de OZD.
ex LUCTOR ET EMERGO
Op 1 juni 1904 op stapel gezet voor eigen rekening bij de Koninklijke Maatschappij “De Schelde” te Vlissingen volgens plannen van de Holland Torpedobaat Company en op 8 juli 1905 te water gelaten. Afmetingen: 20,42 x 4,88 x 2,80 m. Waterverplaatsing: 105/124 ton. Machinevermogen: 160/80 APK. Snelheid: 9/7 mijl. Bewapening: 1 torpedolanceerbuis van 25 cm. Bemanning: 10. Op 10 juli 1906 vertrok de boot van Vlissingen buitenom naar Den Helder. Op 20 december 1906 werd de boot voor ƒ430.000,- door de Koninklijke Marine van de Koninklijke Maatschappij “De Schelde” overgenomen en te Willemsoord in dienst gesteld, waarna werd begonnen met oefening der aangewezen bemanning door personeel van de werf. Eerste commandant was LTZ 1 P. Koster. Op 1 maart 1907 werd LTZ II Jhr. G.L. Schor er commandant. Hr.Ms. O 1 hield op 19 september 1907 buiten IJmuiden in de nabijheid van pantserschip Hr.Ms. Piet Hein duikmanoeuvres voor H.m. de Koningin, die aan boord van de PIET HEIN vertoefde. Op 27 maart 1908 bracht Z.K.H. Prins Hendrik te Nieuwediep een bezoek aan boord. In 1914 is de Gasoline-motor vervangen door een m.A.N. ruwe oliemotor van 200 PK. In 1920 werd Hr.Ms. O 1 uit de sterkte afgevoerd.
Alleen het bovengedeelte van de toren is als aandenken bewaard bij de OZD.
ex Onderzeeboot II
Op 11 oktober 1909 bij de Koninklijke Maatschappij “De Schelde” op stapel gezet en op 30 januari 1911 te water gelaten. Afmetingen: 32,12 x 3,10 x 2,90 m. Waterverplaatsing: 130/150 ton. Machinevermogen: 300/200 APK. Snelheid: 11/8 mijl. Bewapening: 2 torpedolanceerbuizen van 45 cm. Bemanning: 10. In dienst gesteld 1 december 1911. In 1930 werd Hr.Ms. O 2 uit de sterkte afgevoerd en in 1931 ingericht voor oefenduikboot.
Op 11 oktober 1909 bij de Koninklijke Maatschappij “De Schelde” op stapel gezet en op 30 januari 1911 te water gelaten. Afmetingen: 32,12 x 3,10 x 2,90 m. Waterverplaatsing: 130/150 ton. Machinevermogen: 300/200 APK. Snelheid: 11/8 mijl. Bewapening: 2 torpedolanceerbuizen van 45 cm. Bemanning: 10. In dienst gesteld 1 december 1911. In 1930 werd Hr.Ms. O 2 uit de sterkte afgevoerd en in 1931 ingericht voor oefenduikboot.
O 2 / K 2
O 3 / K 3
ex Onderzeeboot III
Op 31 december 1910 bij de Koninklijke Maatschappij “De Schelde” te Vlissingen op stapel gezet en op 30 juli 1912 te water gelaten. Afmetingen: 32,12 x 3,10 x 2,90 m. Waterverplaatsing: 130/150 ton. Machinevermogen: 300/200 APK. Snelheid: 11/8 mijl. Bewapening: 2 torpedolanceerbuizen van 45 cm. Bemanning: 10. In dienst gesteld 11 februari 1913. In 1932 werd Hr.Ms. O 3 uit de sterkte afgevoerd.
Op 31 december 1910 bij de Koninklijke Maatschappij “De Schelde” te Vlissingen op stapel gezet en op 30 juli 1912 te water gelaten. Afmetingen: 32,12 x 3,10 x 2,90 m. Waterverplaatsing: 130/150 ton. Machinevermogen: 300/200 APK. Snelheid: 11/8 mijl. Bewapening: 2 torpedolanceerbuizen van 45 cm. Bemanning: 10. In dienst gesteld 11 februari 1913. In 1932 werd Hr.Ms. O 3 uit de sterkte afgevoerd.
O 4 / K 4
ex Onderzeeboot IV
Op 15 juni 1912 bij de Koninklijke Maatschappij “De Schelde” te Vlissingen op stapel gezet en op 5 augustus 1913 te water gelaten. Afmetingen: 32,12 x 3,10 x 2,90 m. Waterverplaatsing: 130/150 ton. Machinevermogen: 300/200 APK. Snelheid: 11/8 mijl. Bewapening: 2 torpedolanceerbuizen van 45 cm. Bemanning: 10. In dienst gesteld 17 juni 1914. Hr.Ms. O 4 werd in 1935 uit de sterkte afgevoerd.
Op 15 juni 1912 bij de Koninklijke Maatschappij “De Schelde” te Vlissingen op stapel gezet en op 5 augustus 1913 te water gelaten. Afmetingen: 32,12 x 3,10 x 2,90 m. Waterverplaatsing: 130/150 ton. Machinevermogen: 300/200 APK. Snelheid: 11/8 mijl. Bewapening: 2 torpedolanceerbuizen van 45 cm. Bemanning: 10. In dienst gesteld 17 juni 1914. Hr.Ms. O 4 werd in 1935 uit de sterkte afgevoerd.
O 5
ex Onderzeeboot V
Op 15 juni 1912 bij de Koninklijke Maatschappij “De Schelde” te Vlissingen op stapel gezet en op 2 oktober 1913 te water gelaten. Afmetingen: 32,12 x 3,10 x 2,90 m. Waterverplaatsing: 130/150ton. Machinevermogen: 300/200 APK. Snelheid: 11/8 mijl. Bewapening: 2 torpedolanceerbuizen van 45 cm. Bemanning: 10. In dienst gesteld 21 augustus 1914. Hr.Ms. O 5 werd in 1935 uit de sterkte afgevoerd.
Op 15 juni 1912 bij de Koninklijke Maatschappij “De Schelde” te Vlissingen op stapel gezet en op 2 oktober 1913 te water gelaten. Afmetingen: 32,12 x 3,10 x 2,90 m. Waterverplaatsing: 130/150ton. Machinevermogen: 300/200 APK. Snelheid: 11/8 mijl. Bewapening: 2 torpedolanceerbuizen van 45 cm. Bemanning: 10. In dienst gesteld 21 augustus 1914. Hr.Ms. O 5 werd in 1935 uit de sterkte afgevoerd.
O 6 .
Op 21 mei 1914 bij de Koninklijke Maatschappij “De Schelde” te Vlissingen op stapel gezet en op 10 juni 1915 te water gelaten. Afmetingen: 34,20 x 3,80 x 2,90 m. Waterverplaatsing: 190/230 ton. Machinevermogen: 350 APK. Snelheid: 12/8,5 mijl. Bewapening: 3 torpedolanceerbuizen van 45 cm en 1 mitrailleur. Bemanning: 15. In dienst gesteld 5 december 1916. Op 7 juli 1920 van Vlissingen naar Odda, Bergen, Gudfangen, Trondheim en Balholmen, alsmede Karmsund. 23 juli daaraanvolgend via Veere te Vlissingen terug. Van 2 tot 12 mei 1921 maakte Hr.Ms. O 6 met Hr.Ms. O 8 een reis naar Le Havre. In november 1936 werd Hr.Ms. O 6 uit de sterkte afgevoerd.
O 7
Op 12 mei 1914 bij de Maatschappij “Fijenoord” te Rotterdam op stapel gezet en op 22 juli 1916 te water gelaten. Afmetingen: 34,20 x 3,80 x 2,90 m. Waterverplaatsing: 190/230 ton. Machinevermogen: 350 APK. Snelheid: 12/8,5 mijl. Bewapening: 3 torpedolanceerbuizen van 45 cm en 1 mitrailleur. Bemanning: 15. In dienst gesteld 21 december 1916. Hr.Ms. O 7 werd op 21 december 1939 uit de sterkte afgevoerd en voor sloop verkocht.
O 8 / K 8
ex H 6
In 1915 te water gelaten bij Canadian Vickers te Montreal. Afmetingen: 44,70 x 4,90 x 3,90 m. Waterverplaatsing: 338/440 ton. Machinevermogen: 2 x 240/320 APK. Snelheid: 12/8 mijl. Bewapening: 4 torpedolanceerbuizen van 45 cm, 1 kanon van 3,7 cm en 1 mitrailleur van 12,7 mm. Bemanning: 26. De H 6 was op 18 januari 1916 op de Nederlandse kust bij Schiermonnikoog gestrand en geïnterneerd. De boot werd van Engeland overgenomen en op 7 mei 1917 door de Koninklijke Marine als Hr.Ms. O 8 in dienst gesteld. Van 2 tot 12 mei 1921 maakte Hr.Ms. O 8 met Hr.Ms. O 6 een reis naar Le Havre. In oktober 1921 in het bassin van de onderzeedienstkazerne te Willemsoord gezonken en met eigen middelen gelicht. De boot bleef tot september 1922 in herstelling. Op 10 juni 1925 met Hr.Ms. Jacob van Heemskerck, Tromp,
K XI, Z 3 en Z 5 naar de Oostzee vertrokken, ten einde o.m. de havens van Lithauen, Lettland, Estland en Finland te bezoeken. 4 augustus 1925 te Nieuwediep terug. Op 28 juni 1930 met Hr.Ms. Jacob van Heemskerck, Z 5, Z 7 en O 9 van Nieuwediep naar Edinburgh, van welke reis 10 juli daaraanvolgend te Nieuwediep werd teruggekeerd. De boot lag bij het uitbreken van de oorlog op 10 mei 1940 te Den Helder. Ze werd geen aanwinst voor de geallieerden geacht en daarom vernietigd. In handen van de bezetter gevallen, hersteld en op 20 november 1940 door de Duitse Marine in dienst gesteld als UD 1. Op 23 november 1943 uit dienst gesteld en in mei 1945 bij de capitulatie van Duitsland te Kiel door Duits marinepersoneel vernield.
In 1915 te water gelaten bij Canadian Vickers te Montreal. Afmetingen: 44,70 x 4,90 x 3,90 m. Waterverplaatsing: 338/440 ton. Machinevermogen: 2 x 240/320 APK. Snelheid: 12/8 mijl. Bewapening: 4 torpedolanceerbuizen van 45 cm, 1 kanon van 3,7 cm en 1 mitrailleur van 12,7 mm. Bemanning: 26. De H 6 was op 18 januari 1916 op de Nederlandse kust bij Schiermonnikoog gestrand en geïnterneerd. De boot werd van Engeland overgenomen en op 7 mei 1917 door de Koninklijke Marine als Hr.Ms. O 8 in dienst gesteld. Van 2 tot 12 mei 1921 maakte Hr.Ms. O 8 met Hr.Ms. O 6 een reis naar Le Havre. In oktober 1921 in het bassin van de onderzeedienstkazerne te Willemsoord gezonken en met eigen middelen gelicht. De boot bleef tot september 1922 in herstelling. Op 10 juni 1925 met Hr.Ms. Jacob van Heemskerck, Tromp,
K XI, Z 3 en Z 5 naar de Oostzee vertrokken, ten einde o.m. de havens van Lithauen, Lettland, Estland en Finland te bezoeken. 4 augustus 1925 te Nieuwediep terug. Op 28 juni 1930 met Hr.Ms. Jacob van Heemskerck, Z 5, Z 7 en O 9 van Nieuwediep naar Edinburgh, van welke reis 10 juli daaraanvolgend te Nieuwediep werd teruggekeerd. De boot lag bij het uitbreken van de oorlog op 10 mei 1940 te Den Helder. Ze werd geen aanwinst voor de geallieerden geacht en daarom vernietigd. In handen van de bezetter gevallen, hersteld en op 20 november 1940 door de Duitse Marine in dienst gesteld als UD 1. Op 23 november 1943 uit dienst gesteld en in mei 1945 bij de capitulatie van Duitsland te Kiel door Duits marinepersoneel vernield.