Hr. Ms. Van Nes'
overleeft de Thursday-war
Bemanning van Hr. Ms. 'Van Nes' geconfronteerd met zichzelf
TEKST EN FOTO'S: ROLAND KORTENHORST LUCHTFOTO: BAS BURGER
Marines zijn zowel gericht op geweldssituaties tijdens oorlogsvoering als tijdens vredestaken. Wie herinnert zich niet de vreselijke gebeurtenissen als de Tsunami in Azië, de orkaan Katrina die New Orleans bijna deed verdwijnen en de vreselijke aardbevingen in Pakistan en India? In het najaar van 2005 nam het M-fregat H r. Ms. 'Van Nes' deel aan sterk van elkaar afwijkende oefeningen voor de beide taakstellingen.
Allemaal tot de draad gespannen marinemannen en -vrouwen in brandwerende oorlogsoveralls. Commandant, overste Ronald Blok die ons beleefd en hartelijk verwelkomde, maar wiens hoofd heel ergens anders was: zijn schip zou die dag 'de oorlog in gaan'. Het was de 'Thursday-war', de oefenoorlog die een week duurde voor de kust van Ply-mouth. Een oefening waarin hele groepen NAVO-schepen getraind worden om te doen wat ze móeten doen als het er wérkelijk toe doet. Ofwel: de Koninklijke Marine die bewijst uit professionals te bestaan! Wanneer de crew-boat ons uit de marinebasis Devon-port wegbrengt, is de sfeer rustig en vredig. Mét ons aan boord: een hele ploeg 'sea-riders'. Het zijn de specialisten van de Engelse Royal Navy die straks 'examen gaan afnemen' van onder andere het Nederlandse M-fregat F-833, Hr. Ms. 'Van Nes'.
FOST
Dit hele 'opwerken', ook deze oefenoorlog, wordt georganiseerd door één van de belangrijkste marine-trainingsscholen van de NAVO: de FOST, de Flag Officer Sea Training te Plymouth. Op deze school krijgen veel NAVO-schepen hun eindtrainingen om te voldoen aan de eisen van 'marine-schip' onder allerlei omstandigheden. Die omstandigheden variëren van oorlogvoering tot optreden bij grote humanitaire rampen. Vandaag is specifiek oorlogsvoering aan de orde en wel het 'examenstuk' na tal van oefeningen en voorbereidingen in de eerdere weken. Er wordt vandaag een typische oorlogssituatie gesimuleerd, zoals die ook in het echt voor kan komen. Daarbij zal de 'Van Nes' aanvallen te verduren krijgen van vliegtuigen, raketten en onderzeeërs. Allemaal afkomstig van het 'Brownia Regime'. Aan deze 'oorlog' doen in totaal zo'n 10 a 12 schepen mee, allemaal in training. Vechten tegen anderen is één, de sea-riders die mee zullen varen met de 'Van Nes', is wat anders. Zij gaan niet alleen kijken of het allemaal goed gaat; ze zullen er ook voor zorgen dat aan boord allerlei noodsituaties ontstaan.
Bemanning van Hr. Ms. 'Van Nes' geconfronteerd met zichzelf
TEKST EN FOTO'S: ROLAND KORTENHORST LUCHTFOTO: BAS BURGER
Marines zijn zowel gericht op geweldssituaties tijdens oorlogsvoering als tijdens vredestaken. Wie herinnert zich niet de vreselijke gebeurtenissen als de Tsunami in Azië, de orkaan Katrina die New Orleans bijna deed verdwijnen en de vreselijke aardbevingen in Pakistan en India? In het najaar van 2005 nam het M-fregat H r. Ms. 'Van Nes' deel aan sterk van elkaar afwijkende oefeningen voor de beide taakstellingen.
Allemaal tot de draad gespannen marinemannen en -vrouwen in brandwerende oorlogsoveralls. Commandant, overste Ronald Blok die ons beleefd en hartelijk verwelkomde, maar wiens hoofd heel ergens anders was: zijn schip zou die dag 'de oorlog in gaan'. Het was de 'Thursday-war', de oefenoorlog die een week duurde voor de kust van Ply-mouth. Een oefening waarin hele groepen NAVO-schepen getraind worden om te doen wat ze móeten doen als het er wérkelijk toe doet. Ofwel: de Koninklijke Marine die bewijst uit professionals te bestaan! Wanneer de crew-boat ons uit de marinebasis Devon-port wegbrengt, is de sfeer rustig en vredig. Mét ons aan boord: een hele ploeg 'sea-riders'. Het zijn de specialisten van de Engelse Royal Navy die straks 'examen gaan afnemen' van onder andere het Nederlandse M-fregat F-833, Hr. Ms. 'Van Nes'.
FOST
Dit hele 'opwerken', ook deze oefenoorlog, wordt georganiseerd door één van de belangrijkste marine-trainingsscholen van de NAVO: de FOST, de Flag Officer Sea Training te Plymouth. Op deze school krijgen veel NAVO-schepen hun eindtrainingen om te voldoen aan de eisen van 'marine-schip' onder allerlei omstandigheden. Die omstandigheden variëren van oorlogvoering tot optreden bij grote humanitaire rampen. Vandaag is specifiek oorlogsvoering aan de orde en wel het 'examenstuk' na tal van oefeningen en voorbereidingen in de eerdere weken. Er wordt vandaag een typische oorlogssituatie gesimuleerd, zoals die ook in het echt voor kan komen. Daarbij zal de 'Van Nes' aanvallen te verduren krijgen van vliegtuigen, raketten en onderzeeërs. Allemaal afkomstig van het 'Brownia Regime'. Aan deze 'oorlog' doen in totaal zo'n 10 a 12 schepen mee, allemaal in training. Vechten tegen anderen is één, de sea-riders die mee zullen varen met de 'Van Nes', is wat anders. Zij gaan niet alleen kijken of het allemaal goed gaat; ze zullen er ook voor zorgen dat aan boord allerlei noodsituaties ontstaan.
Bijvoorbeeld brandjes, lekkages of systemen die uitvallen. Kortom: ook al is het een oefening, schip en bemanning zullen maximaal beproefd worden. Door een vijand, maar óók door de sea-riders. Want iedere fout zien ze.
Luchtaanvallen !
Onderweg naar de 'Van Nes' werden ook vele andere marineschepen aangedaan waar sea-riders werden afgezet. Zo ook op de Duitse 'Bremen'. Het Nederlandse scheeps-bouwhart ging eventjes iets harder kloppen: de romp van de 'Bremen' was onmiskenbaar dezelfde als die van het Nederlandse S-fre-gat. Een schip dat door de hele marine wordt bejubeld om haar zeegangsgedrag. Eenmaal aangekomen bij de 'Van Nes' bleek onmiddellijk: 'dit is anders'. Alle posten werden bemand door mannen en vrouwen in witte vlambeschermende gevechtsoveralls die zelfs de neus beschermden. Ook kleine boordmitrailleurs stonden opgesteld en waren bemand! De hele bemanning stond op scherp. Gespannen ogen, die uitstraalden, dat er wat stond te gebeuren. Op de brug stond alles onder leiding van LTZ2 Sary van Oosten, officier van de wacht. Rustig en beheerst volgt het ene commando na het andere. De 'Van Nes' voer ondertussen met een vaart van zo'n 24 knopen scherp zigzaggend haar koers. Zigzaggend, zodat het schip een moeilijk doel is voor vliegtuigen die bommen willen gooien. Ineens een bericht vanuit de commandocentrale beneden 'radarcontact vliegtuigen van Brownia'. Nu gaat het er op aan komen. Dat betekent: niet zomaar schieten! Want net als in het echt opereert de 'Van Nes' in deze oefening onder strikte rules of engagement ofwel geweldsinstmcties. Zo mag er pas op vliegtuigen worden gevuurd wanneer ze zowel visueel als feitelijk zijn geïdentificeerd én duidelijk aanvallen. Dus een taak en beslissing voor de brug!
De Commandant, overste Rona!d Blok voor zijn schip.
Luchtaanvallen !
Onderweg naar de 'Van Nes' werden ook vele andere marineschepen aangedaan waar sea-riders werden afgezet. Zo ook op de Duitse 'Bremen'. Het Nederlandse scheeps-bouwhart ging eventjes iets harder kloppen: de romp van de 'Bremen' was onmiskenbaar dezelfde als die van het Nederlandse S-fre-gat. Een schip dat door de hele marine wordt bejubeld om haar zeegangsgedrag. Eenmaal aangekomen bij de 'Van Nes' bleek onmiddellijk: 'dit is anders'. Alle posten werden bemand door mannen en vrouwen in witte vlambeschermende gevechtsoveralls die zelfs de neus beschermden. Ook kleine boordmitrailleurs stonden opgesteld en waren bemand! De hele bemanning stond op scherp. Gespannen ogen, die uitstraalden, dat er wat stond te gebeuren. Op de brug stond alles onder leiding van LTZ2 Sary van Oosten, officier van de wacht. Rustig en beheerst volgt het ene commando na het andere. De 'Van Nes' voer ondertussen met een vaart van zo'n 24 knopen scherp zigzaggend haar koers. Zigzaggend, zodat het schip een moeilijk doel is voor vliegtuigen die bommen willen gooien. Ineens een bericht vanuit de commandocentrale beneden 'radarcontact vliegtuigen van Brownia'. Nu gaat het er op aan komen. Dat betekent: niet zomaar schieten! Want net als in het echt opereert de 'Van Nes' in deze oefening onder strikte rules of engagement ofwel geweldsinstmcties. Zo mag er pas op vliegtuigen worden gevuurd wanneer ze zowel visueel als feitelijk zijn geïdentificeerd én duidelijk aanvallen. Dus een taak en beslissing voor de brug!
De Commandant, overste Rona!d Blok voor zijn schip.

Met vlammende ogen stuurt luitenant Van Oosten onmiddellijk mensen naar buiten. Ineens komt een aantal Hawk straaljagers op volle snelheid op de 'Van Nes' af. Flitsend snel volgen de commando's elkaar op. Even later roept de boordradio om: 'Aanval afgeslagen, dreiging weggenomen'. Trots en voldoening op de brug. Daarna, diep in het schip, in de commandocentrale, klinkt ineens een luide voetbalfluit met direct een luide schreeuw: 'radarcontact aankomend vliegtuig van Brownia'. Inmiddels is duidelijk dat Brownia aanvalt en er dus direct geschoten mag worden. Nauwelijks een seconde later: een melding dat het vliegtuig ook nog eens een raket afvuurt. Het is heel echt: de radar laat duidelijk een aanstormende raket zien. Overste Ronald Blok geeft onmiddellijk opdracht te vuren. De spanning schiet omhoog, maar even later klinkt door de omroep: 'dreiging voorbij en vernietigd'. En overal, ook in de commandocentrale, staan sea-riders ondertussen zorgvuldig te kijken en te luisteren of alles goed en efficiënt gebeurt. Dit soort oefeningen is zeer realistisch. Een vliegtuig dat een raket afvuurt, wordt bijvoorbeeld gesimuleerd door met twee straalvliegtuigen vlak onder elkaar (dus op de radar ziet het eruit als één toestel) op het schip af te komen en daarna het onderste toestel 'als raket' volgas vooruit
te sturen. Op de radar ziet dat er precies als een raket uit, zeker als het 'raketvliegtuig' dan kunstmatig het radarsignaal van een raket afgeeft.
Luchtfotorondje
Plotseling roepen de luidsprekers iets vreemds: 'Action-snack en tijdelijke tenue-verlichting'. Het betekent: even uitblazen. Iedereen mag de neuskap even afdoen en zijn snack (die 's morgens werden uitgedeeld) opeten. De rust duurt niet lang, want snel komt er een nieuwe melding. Een onderzeeër op de loer. Weer allerhande actie. Nu vanuit een ander specialisme aan boord van de 'Van Nes': de Lynx-helikopter. Met haar 'dipping sonar' hangt ze stil boven water. Samen met de sonar van de 'Van Nes' zelf is de precieze plaats van de onderzeeër snel bepaald. Even later is weer een bedreiging weggenomen. En nadat de helikopter speciaal voor De Blauwe Wimpel nog een extra fotoronde gemaakt had, stapten een voldane pilote Amanda Tijben, tactisch commandant Eric van de Nieuwedijk en sensoroperator Bas Burger uit hun vliegmachine. Ondertussen was weer een andere oefening begonnen. Een tanker van de Royal Navy was langszij gekomen om olie over te pompen. Dit alles bij een snelheid van 11 a 12 knopen. En alles met de scherpe blik van de sea-riders op de Nederlandse mannen en vrouwen gericht.
Later op de middag werden de oefeningen steeds meer afgewisseld door evaluatiegesprekken met de sea-riders. De confrontatie met 'deden we het goed of deden we het fout'. Heel veel leermomenten. Met soms blije gezichten, soms iets minder blije.......
Toen ik aan het einde van de dag aan één van de marinemensen vroeg hoe dat nou voelt wanneer zo'n Engelse sea-rider je een waslijst aan gemaakte fouten voorlegt, was het antwoord opgewekt
te sturen. Op de radar ziet dat er precies als een raket uit, zeker als het 'raketvliegtuig' dan kunstmatig het radarsignaal van een raket afgeeft.
Luchtfotorondje
Plotseling roepen de luidsprekers iets vreemds: 'Action-snack en tijdelijke tenue-verlichting'. Het betekent: even uitblazen. Iedereen mag de neuskap even afdoen en zijn snack (die 's morgens werden uitgedeeld) opeten. De rust duurt niet lang, want snel komt er een nieuwe melding. Een onderzeeër op de loer. Weer allerhande actie. Nu vanuit een ander specialisme aan boord van de 'Van Nes': de Lynx-helikopter. Met haar 'dipping sonar' hangt ze stil boven water. Samen met de sonar van de 'Van Nes' zelf is de precieze plaats van de onderzeeër snel bepaald. Even later is weer een bedreiging weggenomen. En nadat de helikopter speciaal voor De Blauwe Wimpel nog een extra fotoronde gemaakt had, stapten een voldane pilote Amanda Tijben, tactisch commandant Eric van de Nieuwedijk en sensoroperator Bas Burger uit hun vliegmachine. Ondertussen was weer een andere oefening begonnen. Een tanker van de Royal Navy was langszij gekomen om olie over te pompen. Dit alles bij een snelheid van 11 a 12 knopen. En alles met de scherpe blik van de sea-riders op de Nederlandse mannen en vrouwen gericht.
Later op de middag werden de oefeningen steeds meer afgewisseld door evaluatiegesprekken met de sea-riders. De confrontatie met 'deden we het goed of deden we het fout'. Heel veel leermomenten. Met soms blije gezichten, soms iets minder blije.......
Toen ik aan het einde van de dag aan één van de marinemensen vroeg hoe dat nou voelt wanneer zo'n Engelse sea-rider je een waslijst aan gemaakte fouten voorlegt, was het antwoord opgewekt
Het Duitse Fregat F 802 'Bremen " met Nederlandse Romplijnen.
Tuurlijk, het zijn fouten... Maar ik noem het
verbeterpunten! Je wilt niet weten hoe goed het voelt dat je zó veel leert op zo'n
dag'. Ook dat is professionaliteit: bereid zijn om te leren. En, zoals de sea-riders het zelf zeiden: 'These Dutch are
great. They are already pretty good, but they keep on being so eager to learn. They are fantastic people'.
Ramphulpverlening
Met enige regelmaat doen zich enorme humanitaire rampen voor; allemaal nachtmerries, waarin juist krijgsmachten een enorme hulp blijken te zijn. Want wat wordt er niet gevraagd van een hulpverlener in dit soort enorme rampen? Stressbestendigheid, kunnen optreden wanneer er geen enkele weg of verbinding meer is, overzicht opbouwen in een chaotische omgeving en boven alles: een mentaliteit van dóórgaan, wat er ook gebeurt! Die eigenschappen, die professionaliteit, kom je over het algemeen alleen maar tegen bij goed getrainde krijgsmachten. Dus zeker bij de Koninklijke Marine! Het is daarom volstrekt logisch dat de marine zich actief traint in hulpverlening bij grote humanitaire rampen!! Afgelopen oktober 2005 vond er zo'n oefening plaats. Hr. Ms. 'Van Nes', op training in Engeland, moest optreden in een 'ramp', eveneens opgezet door de FOST.
Liefdevol legt een vrouwelijke matroos een troostende arm om de schouder van een zwaargewonde vrouw. Tegelijk weet ze geen raad met een jongeman die tegen haar loopt te schreeuwen 'Come and help me, my father is dying...'. Even verderop is een ziekenhuis zwaar beschadigd. De jammerende bejaarden die er nog liggen, zijn compleet de kluts kwijt. Hulpeloos probeert een Nederlandse sergeant er wat rust te brengen en ruimt de boel wat op
Ramphulpverlening
Met enige regelmaat doen zich enorme humanitaire rampen voor; allemaal nachtmerries, waarin juist krijgsmachten een enorme hulp blijken te zijn. Want wat wordt er niet gevraagd van een hulpverlener in dit soort enorme rampen? Stressbestendigheid, kunnen optreden wanneer er geen enkele weg of verbinding meer is, overzicht opbouwen in een chaotische omgeving en boven alles: een mentaliteit van dóórgaan, wat er ook gebeurt! Die eigenschappen, die professionaliteit, kom je over het algemeen alleen maar tegen bij goed getrainde krijgsmachten. Dus zeker bij de Koninklijke Marine! Het is daarom volstrekt logisch dat de marine zich actief traint in hulpverlening bij grote humanitaire rampen!! Afgelopen oktober 2005 vond er zo'n oefening plaats. Hr. Ms. 'Van Nes', op training in Engeland, moest optreden in een 'ramp', eveneens opgezet door de FOST.
Liefdevol legt een vrouwelijke matroos een troostende arm om de schouder van een zwaargewonde vrouw. Tegelijk weet ze geen raad met een jongeman die tegen haar loopt te schreeuwen 'Come and help me, my father is dying...'. Even verderop is een ziekenhuis zwaar beschadigd. De jammerende bejaarden die er nog liggen, zijn compleet de kluts kwijt. Hulpeloos probeert een Nederlandse sergeant er wat rust te brengen en ruimt de boel wat op
De 'Van Nes 'uit eigen helikopter gezien
. Buiten blussen een
paar
collega's een brandje. De situatie is nep, het is een oefening. Maar de emoties zijn
echt! De 'setting' van de ramp was als volgt: een dorp aan zee gelegen werd in
de nacht overspoeld door een enorme modderstroom. Veel van het dorp was
weggevaagd. Meer dan de helft van de mensen is weggevlucht. De achtergebleven
mensen waren gewond, getraumatiseerd óf
allebei. De Hr. Ms. 'Van Nes' was toevallig in de
buurt en kreeg van de regering de 'opdracht' om onmiddellijk een reddingsactie op te zetten en dat dorp te helpen.
De Engelsen hadden het 'rampdorp' perfect voorbereid. Overal in het dorp getrainde 'toneelspelers' die allemaal een slachtofferrol hadden. In het oefendorp zaten tal van technische snufjes om ineens ergens brand te laten ontstaan of een waterleidingsysteem te laten 'springen'. Kortom: mensen en materiaal die de Nederlandse marinemensen in de kortste keren helemaal in de stress konden krijgen! En dat gebeurde dan ook!
Vanaf Hr. Ms. 'Van Nes' werden de eerste groepen Nederlandse marinemensen in rubberboten aan land gezet. De eerste opdracht was: verken het dorp en breng de situatie in kaart. Maar wat moet je als je meteen al een man tegenkomt die bekneld onder een auto ligt terwijl het water stijgt? En wat doe je als even verderop een kermende vrouw ligt te vechten tegen de immense pijn van haar brandwonden? Dan ga je helpen! Maar wat moet je als juist dan ineens een schreeuwende man op je af komt die je onmiddellijk mee wilt hebben naar zijn vader die ergens dood ligt te gaan? Dan moet je het hoofd koel houden. En zo werden tientallen Nederlandse marinemensen onder druk gezet. Onder heel hoge druk.
Watertoren
De Engelse sea-riders die de oefening organiseerden wisten de spanning tot het uiterste op te voeren. Want juist toen de Nederlanders dachten de zaak onder controle te hebben, ontstond er wel een brandje of een andere calamiteit. Of werden de Nederlanders er door de sea-riders fijntjes op gewezen: 'Je ziet toch wel dat de watertoren kapot is? En je wéét toch dat het meest dodelijke van een dorp is: het niet hebben van schoon drinkwater?' Ook dat moest dus ineens worden georganiseerd. En om de spanning dan nóg maar hoger op te voeren, liepen er dan ook nog eens 'nep'- journalisten met lastige vragen. Maar goed, op een gegeven moment leek de orde weer te keren. De gewonden werden verzorgd, er kwam een klein hoofdkwartiertje en een stoere marineman zat rustig een nep 'baby' de fles te geven. Maar de Engelse sea-riders zijn niet voor niets de beste trainers van de NAVO. Ineens kwam er een melding: grote brand op de 'Van Nes' en problemen met de helikopter! Dus nieuwe stress en opnieuw improviseren. En zo ging het de hele eerste dag door. Steeds nieuwe onverwachte situaties, iedere keer wéér iets dat mis liep. Maar ook aan een rampenoefening komt een einde. Iedereen aan de wal en op het schip werd aan het einde van de dag bij elkaar geroepen. Evalueren. Hoe was het gegaan? Wat kunnen we hiervan leren? De sea-riders kwamen met hun lijsten met verbeterpunten. 'It was fan-tastic to see how you all wanted only one thing: help people! But you completely for-got to work to an overview of the situation. Beteuterd zag je de Nederlanders denken: 'Inderdaad, we gingen alleen maar helpen, maar wisten eigenlijk helemaal niet wat er allemaal nog meer aan de hand was'. De ene wijze les volgde op de andere, maar ook complimenten: 'Anyway: you all knew so deeply what you are navy people for! That is to be of help for other people! And that is your great Dutch quality'. Hollandse betrokkenheid als Hollandse kwaliteit! Het sluitstuk van de dag was uiteindelijk wéér een onnavolgbare Hollandse kwaliteit: de helikopter deed het weer en vloog een nieuwe lading in...onvervalste Hollandse boerenkool met worst!
De Engelsen hadden het 'rampdorp' perfect voorbereid. Overal in het dorp getrainde 'toneelspelers' die allemaal een slachtofferrol hadden. In het oefendorp zaten tal van technische snufjes om ineens ergens brand te laten ontstaan of een waterleidingsysteem te laten 'springen'. Kortom: mensen en materiaal die de Nederlandse marinemensen in de kortste keren helemaal in de stress konden krijgen! En dat gebeurde dan ook!
Vanaf Hr. Ms. 'Van Nes' werden de eerste groepen Nederlandse marinemensen in rubberboten aan land gezet. De eerste opdracht was: verken het dorp en breng de situatie in kaart. Maar wat moet je als je meteen al een man tegenkomt die bekneld onder een auto ligt terwijl het water stijgt? En wat doe je als even verderop een kermende vrouw ligt te vechten tegen de immense pijn van haar brandwonden? Dan ga je helpen! Maar wat moet je als juist dan ineens een schreeuwende man op je af komt die je onmiddellijk mee wilt hebben naar zijn vader die ergens dood ligt te gaan? Dan moet je het hoofd koel houden. En zo werden tientallen Nederlandse marinemensen onder druk gezet. Onder heel hoge druk.
Watertoren
De Engelse sea-riders die de oefening organiseerden wisten de spanning tot het uiterste op te voeren. Want juist toen de Nederlanders dachten de zaak onder controle te hebben, ontstond er wel een brandje of een andere calamiteit. Of werden de Nederlanders er door de sea-riders fijntjes op gewezen: 'Je ziet toch wel dat de watertoren kapot is? En je wéét toch dat het meest dodelijke van een dorp is: het niet hebben van schoon drinkwater?' Ook dat moest dus ineens worden georganiseerd. En om de spanning dan nóg maar hoger op te voeren, liepen er dan ook nog eens 'nep'- journalisten met lastige vragen. Maar goed, op een gegeven moment leek de orde weer te keren. De gewonden werden verzorgd, er kwam een klein hoofdkwartiertje en een stoere marineman zat rustig een nep 'baby' de fles te geven. Maar de Engelse sea-riders zijn niet voor niets de beste trainers van de NAVO. Ineens kwam er een melding: grote brand op de 'Van Nes' en problemen met de helikopter! Dus nieuwe stress en opnieuw improviseren. En zo ging het de hele eerste dag door. Steeds nieuwe onverwachte situaties, iedere keer wéér iets dat mis liep. Maar ook aan een rampenoefening komt een einde. Iedereen aan de wal en op het schip werd aan het einde van de dag bij elkaar geroepen. Evalueren. Hoe was het gegaan? Wat kunnen we hiervan leren? De sea-riders kwamen met hun lijsten met verbeterpunten. 'It was fan-tastic to see how you all wanted only one thing: help people! But you completely for-got to work to an overview of the situation. Beteuterd zag je de Nederlanders denken: 'Inderdaad, we gingen alleen maar helpen, maar wisten eigenlijk helemaal niet wat er allemaal nog meer aan de hand was'. De ene wijze les volgde op de andere, maar ook complimenten: 'Anyway: you all knew so deeply what you are navy people for! That is to be of help for other people! And that is your great Dutch quality'. Hollandse betrokkenheid als Hollandse kwaliteit! Het sluitstuk van de dag was uiteindelijk wéér een onnavolgbare Hollandse kwaliteit: de helikopter deed het weer en vloog een nieuwe lading in...onvervalste Hollandse boerenkool met worst!